OW-applicatie principes

Terug naar inhoudsopgave thema

Terug naar Omgevingswet applicatielaag

Applicatieprincipes

Deze paragraaf beschrijft de richtinggevende principes voor de applicaties en services.

OWAPA01 Gebruik SWF tenzij…: Gebruik de SWF binnen de interbestuurlijke ketenprocessen
Onderbouwing: Dit volgt uit grondslagen APDSO05 en NORAAP07.
Gevolg: De ketenpartners dienen te bepalen van welke aansluitoptie ze gebruik willen maken en dienen de aansluiting te realiseren.

OWAPA02 Ontkoppeling: services maximaliseren de onderlinge uitwisselbaarheid (interoperabiliteit), terwijl de afhankelijkheid geminimaliseerd wordt.
Onderbouwing: Dit volgt uit grondslag APDSO15. Modulaire opzet van het object (maximale interne samenhang, minimale externe afhankelijkheid), bevorderen interoperabiliteit (openheid).
Gevolg: Kan van invloed zijn op de wijze van koppelen met het stelsel. Digikoppeling via een centrale voorziening (zoals Enable U/Jnet/Yenlo) of rechtsreeks via de software.
Doelstelling is dat de SWF op termijn alleen bestaan uit de verzameling services die via het open stelsel ter beschikking worden gesteld. Het gebruik van de web-GUI (gebruikerstoepassing SWF) is een terugvaloptie. Daarop moet door de bevoegde gezagen worden gestuurd.

OWAPA03 Applicaties zijn gelaagd: Applicaties zijn opgebouwd uit lagen voor data, bedrijfslogica, proceslogica, services, API, presentatie.
Onderbouwing: Dit volgt uit grondslag OwAP01.
Gevolg: Specificatie van de presentatie van informatie is op gestandaardiseerde wijze vastgelegd zodat in verschillende applicaties de presentatiestandaard in de presentatielaag van de applicatie kan worden toegepast.

OWAPA04 Onderscheid generiek van specifiek: Specifieke data en systemen ondersteunen een specifieke bedrijfsfunctie. Generieke data en systemen ondersteunen een generieke bedrijfsfunctie.
Onderbouwing: het is ongewenst dat er veel afhankelijkheden ontstaan in de ondersteuning van specifieke processen door het gebruik van generieke voorzieningen (gemeenschappelijke databronnen en generieke systeemfuncties).
Gevolg: Planvorming en regelbeheer zijn specifiek. Besluitvorming en publicatie zijn generiek, want worden door alle processen gebruikt. In de afbakening van de applicaties is het nodig te zorgen dat oplossingen voor besluitvorming en publicatie in alle primaire en ondersteunende processen kunnen worden toegepast. Noodzakelijk is dan integratie tussen de specifieke applicaties en de generieke applicaties tot stand te brengen en te onderhouden.

OWAPA05 Applicaties begrenzen op bedrijfsfuncties: Applicaties respecteren de grenzen van de onderkende bedrijfsfuncties. Applicaties werken niet (!) over grenzen van bedrijfsfuncties heen.
Onderbouwing: Dit principe staat in PETRA, zie referentie [22], P4.1.6. De onderbouwing is dat dit zorgt dat applicaties niet ten onrechte worden gebruikt (ondoorzichtigheid), maar dat steeds de geëigende applicatie of service wordt ingezet (transparantie).